Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet milieubeheer

 

Artikel 7.5
1
Onze Ministers te zamen kunnen ontheffing verlenen van de verplichting tot het maken van een milieu-effectrapport bij de voorbereiding van een krachtens artikel 7.2, derde lid, aangewezen besluit in gevallen waarin:
a
degene die de activiteit waarop die besluiten betrekking hebben, onderneemt, daarmee een activiteit ten aanzien waarvan reeds eerder een milieu-effectrapport is gemaakt, herhaalt of voortzet, indien het milieu-effectrapport redelijkerwijs geen nieuwe gegevens betreffende mogelijke nadelige gevolgen van de te ondernemen activiteit voor het milieu kan bevatten en de activiteit geen belangrijke nadelige gevolgen kan hebben voor het milieu in een ander land;
b
met betrekking tot dezelfde activiteit reeds eerder een milieu-effectrapport overeenkomstig het bij of krachtens de paragrafen 7.4, 7.5, en 7.6 bepaalde is gemaakt, indien het milieu-effectrapport redelijkerwijs geen nieuwe gegevens betreffende mogelijke nadelige gevolgen van die activiteit voor het milieu kan bevatten en de activiteit geen belangrijke nadelige gevolgen kan hebben voor het milieu in een ander land;
c
het algemeen belang het onverwijld ondernemen van de activiteit waarop die besluiten betrekking hebben, noodzakelijk maakt.
2
Een ontheffing krachtens het eerste lid kan worden verleend op verzoek van degene die de activiteit onderneemt, of van het bevoegd gezag.
3
Onze Ministers tekenen de datum van ontvangst van het verzoek aan op het geschrift waarbij het is ingediend, en zenden de verzoeker een bericht van ontvangst, waarin die datum is vermeld.
4
Behoudens in een geval als bedoeld in het eerste lid, onder c, stellen Onze Ministers, voordat zij op het verzoek beslissen, het bevoegd gezag, indien het verzoek daarvan niet afkomstig is, in de gelegenheid hun omtrent het verzoek advies uit te brengen. In een geval als bedoeld in het eerste lid, onder a of b, stellen zij tegelijkertijd ook de commissie daartoe in de gelegenheid. Indien van de gelegenheid advies uit te brengen gebruik wordt gemaakt, wordt het advies binnen vijf weken na de datum waarop daarom is verzocht, aan Onze Ministers gezonden.
5
De beslissing op het verzoek wordt genomen uiterlijk negen weken na de datum van ontvangst. Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van de beslissing mededeling gedaan aan de commissie en het bevoegd gezag.
6
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regelen worden gesteld omtrent:
a
de wijze waarop het verzoek om een ontheffing moet worden gedaan en de gegevens die van de verzoeker kunnen worden verlangd;
b
de terinzagelegging van het verzoek en de daarbij overgelegde gegevens en de kennisgeving van die terinzagelegging;
c
de wijze waarop en de termijn waarbinnen een ieder bedenkingen tegen verlening van de ontheffing bij Onze Ministers kan inbrengen.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •